Algemeen
Wethouder Benno Brand blikt na afscheid tevreden terug op acht jaar wethouderschap voor de gemeente Dinkelland
DENEKAMP - Medio december werd onder andere in deze krant het vertrek van wethouder Benno Brand (62) bekendgemaakt. Na acht jaar was afgelopen dinsdag 14 januari de laatste werkdag van de Weerseloër als wethouder voor de gemeente Dinkelland. Een dag later werd hij geïnstalleerd als wethouder voor de gemeente Hengelo. Namens BurgerBelangen, de grootste partij van Hengelo, gaat Brand daar de uitdaging aan om de complexe dossiers afvalverwerking en sociaal domein op te pakken. Brand blijft woonachtig in Weerselo en krijgt op maandag 20 januari een officiële afscheidsreceptie. Wij zochten Brand op in het gemeentehuis om terug te blikken op zijn periode in Dinkelland.
U komt oorspronkelijk uit Enschede, hoe bent u in Dinkelland terechtgekomen?
“Klopt, ik ben op 23 april 1962 geboren in Enschede. Na op verschillende plekken te hebben gewoond zochten wij in 2000 een wat groter huis tegen een redelijke prijs. In Enschede konden we niet datgene krijgen wat we wilden, dus kwamen we in ‘Weerselo of all places’. Toen was het zelfs nog gemeente Weerselo, nog geen Dinkelland.”
U ging van de stad naar een dorp in een plattelandsgemeente. Hoe heeft u dat ervaren?
“Voor mij was dat even wennen. Maar mijn vriend kwam uit een dorp uit Brabant, die vond het plezierig om naar een dorp terug te gaan, want hij mag graag bomen zien en is ook geen echt stadsmens. Wij zijn in 1992, 33 jaar geleden, bij elkaar gekomen. Weerselo is een dorp en dan zijn de overige faciliteiten wat minder dicht bij de deur, maar in de kern ben je al vrij snel ingeburgerd als je ervoor openstaat. Het is veel sneller gegaan vanaf 2014 toen ik de politiek inging dan daarvoor. Dat heeft ermee te maken dat ik daarvoor in heel Nederland, van Limburg tot Den Haag, werkzaam was.”
Wat is uw favoriete plek in Dinkelland?
“Ik heb er eigenlijk drie. Het Stift, Ootmarsum en Singraven. Ootmarsum met name als bruisend toeristisch stadje en de kunst. Daardoor hebben we met Dinkelland een grote aantrekkingskracht op de toerist. Het Stift hoort daar ook bij. En met Singraven heb ik een bijdrage mogen leveren door het hele landgoed open te houden voor de gemeente Dinkelland en de mogelijkheid om woningen en boerderijen terug te halen in het karakteristieke landschap van Dinkelland.”
Hoe bent u in de politiek verzeild geraakt en uiteindelijk wethouder geworden?
“Ik ben in 1980 al voor het eerst gevraagd om in Enschede politiek actief te zijn. Dat heb ik niet gedaan. In 2010 ben ik op de verkiezingslijst van Dinkelland gekomen. Als er verkiezingen komen kijken we op de ledenlijst. Niet actieve leden worden dan benaderd, zo gaat dat een beetje. We kregen twee zetels en leverden een wethouder. Ik stond op de vierde plek en kwam niet aan bod. Tot 2014 heb ik niets gedaan en toen ben ik na de verkiezingen lijsttrekker en fractievoorzitter geworden. Doordat er in 2016 een bestuurlijke crisis ontstond in de politiek, met twee onvrijwillige en één vrijwillig vertrek, werd er gevraagd of de VVD in de coalitie wilde en ik wethouder wilde worden.”
En dat altijd namens de VVD Dinkelland, bent u een echte VVD’er?
“Tot nu toe ben ik altijd voor de VVD actief geweest. Ik heb ook nooit anders gestemd. Maar ik ben niet van de rechtervleugel, ik ben wel een liberaal in hart en nieren.”
Wat deed u naast de politiek en hoe veranderde dat toen u wethouder werd?
“Ik had mijn bedrijven nog en heb die nog steeds. Ik ben in 2017 met 80 procent begonnen; vier dagen wethouder één dag voor mijn eigen bedrijven. Vanaf 2018 ging dat naar 95 procent. Wij verkochten 33 jaar reclame op bussen in het openbaar vervoer. Vorig jaar heeft de opdrachtgever van het OV besloten om geen reclame meer op de bussen toe te staan. En toen ben ik gestopt met die activiteiten. Ik ben en blijf parttime wethouder. Afgelopen vrijdag, op 10 januari, was ik precies acht jaar wethouder.”
Wat doet u graag in uw vrije tijd als u niet met politiek bezig bent?
“Ik heb altijd gevoetbald en ben scheidsrechter geweest. Ik vind het nog steeds leuk om naar voetbal heen te gaan en doe nog wat bestuurlijke taken buiten de politiek om, onder andere bij Vosta in Enschede waar ik al 55 jaar lid ben. En ik probeer twee keer in de week naar de sportschool te gaan, maar dat lukt me niet altijd. Ook tuinier ik nog wel graag. Toen ik sport nog in mijn portefeuille had was ik bij veel sportwedstrijden in de gemeente. Tegenwoordig ga ik af en toe nog naar UD in Weerselo en naar FC Twente.”
Sport behoorde niet meer tot uw portefeuille, wat waren uw taken als wethouder?
“Op het moment dat de coalitie samengesteld wordt vindt er een verdeling plaats van portefeuilles. Ik had de portefeuilles kunst, cultuur en musea, monumentenzorg en erfgoed, grondzaken en gemeentelijk vastgoed, openbare ruimte, BOSS, economische zaken, VTE, arbeidsmarkt, recreatie en toerisme, vergunningen, ruimtelijke ordening, Vliegveld Twente en mobiliteit. Daarnaast was ik kernwethouder van Ootmarsum, Agelo en Rossum. Dat wordt pas bepaald op het moment dat je wethouder bent.”
Hoe heeft u het ervaren om wethouder van Dinkelland te zijn?
“Ik heb een prachtige periode gehad. In het begin was het even wennen, maar uiteindelijk kijk ik heel mooi terug op acht jaar lang wethouderschap.”
Wat heeft u het meest verrast?
“Ik moest als ondernemer wel wennen aan de cultuur binnen de overheid. Je bent gewend om korte klappen te maken; vandaag bedenken en morgen uitvoeren. Gemeentelijk is dat anders. Ik geloof dat de ambtenaren nog wel even aan mij moesten wennen omdat ik probeerde van de korte klap te zijn. Dat lukte niet altijd omdat je ambtelijk moet toetsen of alles kan wat bedacht wordt.”
Zijn de ambtenaren in die acht jaar aan u gewend geraakt?
“Wat ik ook mooi vind is dat ik een bijdrage heb mogen leven aan een meer zakelijke cultuur binnen de gemeente Dinkelland. Altijd denken in business casemodellen. Dat hoeft niet altijd financieel te zijn, maar wel altijd denken aan ‘wat kost het mij en wat levert het mij op’. Dat kan ook zijn op gebied van waardering en acceptatie van inwoners. Uiteindelijk ben je er voor de inwoners. Een plan past niet altijd binnen het beleid. Dan kun je twee dingen doen; maatwerk door deels af te wijken of je past het beleid aan. Het eerste is makkelijker. In die acht jaar tijd heb ik een verandering gezien dat men steeds meer de lijn kiest van accountmanager: verantwoordelijk zijn en niet ‘wij willen niet’. Dan vraag ik mij altijd af ‘wie is dan wij’. Ik ben er trots op dat ik een bijdrage heb mogen leveren aan de omwenteling binnen de organisatie.”
Wat zijn nog meer hoogtepunten waar u trots op bent?
“Het meest trots ben ik op het aantal overnachtingen toeristisch gezien. Dat is van 320 duizend in 2020 naar bijna 600 duizend in 2023 gegaan, bijna een verdubbeling. Daarmee draag je bij aan de leefbaarheid zonder dat de leefbaarheid sterk in het gedrang komt. Mede door die toerist zijn er nog veel faciliteiten. Vooral voor het MKB in de dorpen zonder toeristen is het niet altijd eenvoudig om het hoofd boven water te houden. Kijkend naar grotere projecten ben ik trots op de bijdrage aan substantiële ontwikkeling van woningbouw en uitbreiding van aankopen van industrieterreinen. Ik heb het altijd gedaan vanuit de gedachte ‘wat is goed voor Dinkelland en hoe zitten de inwoners erin’. Andere ontwikkelingen waar ik trots op ben zijn o.a. het klooster in Ootmarsum, woningbouw bij het oude Hotel Vos in Ootmarsum, Plan Vos in Rossum, zwembad Dorper Esch en Buitenbad Ootmarsum. En ik ben ook wel een beetje trots dat ik weinig negatieve berichten heb gekregen toen ik had besloten om weg te gaan. Veel mensen feliciteerden mij of vonden dat het jammer was voor Dinkelland.”
Wat waren de dieptepunten in uw tijd als wethouder?
“Belangrijkste dieptepunt was het overlijden van twee raadsleden, dat grijpt je enorm aan. Andere dieptepunten zijn de hele lange processen, zoals Natura2000, die nog steeds niet tot resultaat hebben geleid op bepaalde vlakken. Ik vind dit jammer omdat het heel veel energie kost en schadelijk is voor zowel de natuur als de inwoners. Want hoe langer het duurt, hoe meer onduidelijkheid en hoe spannender het wordt.”
Waar heeft u het meest spijt van?
“Dat bepaalde zaken niet meer gerealiseerd kunnen worden. Dat komt omdat de termijn vertraagd wordt en de snelheid er niet in blijft. Het eindigt bij de Raad van State en daar ben ik niet blij mee. Ondanks dat je acht jaar wethouder bent zijn er dingen die nog niet zijn afgerond en dat is jammer.”
Wat hoopt u dat er in Dinkelland nog gaat veranderen?
“Wat ik hoop is dat is dat de mensen wat meer gaan denken aan het algemeen belang dan aan het individueel belang. Omdat we in staat zijn om het buitengebied en de kernen optimaal in goede balans te brengen. Ik hoop dat de boeren kunnen blijven bestaan, dat er ook toerisme is, dat er voldoende faciliteiten zijn binnen de kernen en dat iedereen met plezier hier in Dinkelland kan blijven wonen. Dat zou ik heel mooi vinden.”
Wat gaat u het meest missen?
“Als wethouder het contact met mensen. Die zul je blijven houden, maar op een ander niveau. De overleggen die altijd in gemoedelijk sfeer zijn en de Twentse sproak. Dat zal in Hengelo ongetwijfeld anders zijn. Ik ga de collega’s ook missen, zowel bestuurlijk als ambtelijk. En natuurlijk vele inwoners.”